zondag 14 maart 2010

Regenland

Vanuit Eden de Victoriaanse grens over dus. Tegen de avond wilden we rond Orbost zijn, weer zo’n tweehonderd kilometer verder. Onderweg stopten we in Bemm River (zeer rustig, zeer Belgisch door een weide vol koeien) en Marlo (een heel mooi stukje kust waar het water precies een beetje polderachtig was. Laag, met plassen overal). We hadden ook een openbare toilet gezocht op een ex-camping die nu voor iedereen open stond, en van enkele vriendelijke reizigers mochten we gratis slaapplaatsen langs de weg overschrijven uit hun campingboek. Dus ’s avonds al de eerste daarvan gaan checken :)

Van Orbost naar Buchan dan. Een gebied met meer dan 600 grotten, maar de grootste waren veel te duur. De infomevrouw vertelde ons dat er ook een gratis grot was, dus wij daarnaar op zoek. Nooit gevonden, maar wel via ‘unsealed road’ naar een kruispunt tussen twee rivieren (één ervan was de Snowy River, die bovenaan Mount Kosciuszko ontspringt) en mooie uitzichten. Helaas liet het weer ons weer in de steek. Doorgereden naar Lakes Entrance dat veel te toeristisch was naar onze zin, maar we ontdekten er wel een douche in een publieke WC, wat handig meegenomen was. Fris gewassen naar Bairnsdale waar we de nacht spendeerden en eens grote inkopen deden :). ’s Anderendaags via Sale naar Wilson’s Promontory.

Wilson’s Promontory is het meest bezochte natuurpark in Victoria. En terecht. Het is het zuidelijkste punt van Australië en je kan er uuuuuren wandelen, sightsee’en of gewoon op het strand liggen. Uiteraard moesten we weer toegang betalen, maar deze keer konden we wel overnachten in het park. Het was al vier uur dus zetten we onze tent op, verkenden het strand vlakbij onze kampeerplek en besloten dan om toch nog maar eens een bergske te beklimmen :) Mount Oberon deze keer. Amper vijfhonderd meter hoog, maar het pad was een stuk steiler dan dat van Mount K. Uiteraard waren we weer doorweekt - zo gaat dat hier blijkbaar als wij een berg willen beklimmen :) - en uiteraard was het uitzicht weer mistig en dus eigenlijk onzichtbaar. Maar net toen we het wilden opgeven en teruggaan, vocht de zon zich een weg door de dikke wolken en konden we tot aan de horizon kijken. Ik moet er wellicht niet aan toevoegen dat de combinatie berg plus natuurpark plus ondergaande zon zeer de moeite was ;)

Die avond zat er een wallaby aan takjes naast onze tent te knabbelen, waggelde er een hongerige wombat voorbij en zat er een possum met baby’s op de vensterbank in de toiletten. Meer hadden we niet nodig :)

De tweede dag, dinsdag, maakten we een vijf uur lange wandeling door het natuurpark, van de bossen naar het strand en over de rotsen terug. Natuurlijk weer goed natgeregend :) Het weer is tegenwoordig niet meer zo stereotiep Australisch, al kan het van de ene moment op de andere dan wel weer zonnig zijn. Soit. We moesten voor zonsondergang weer uit het park weg zijn, dus pakten we onze spullen en sliepen een honderdtal kilometers verderop in Wonthaggi, waar we ook woensdag een halve dag spendeerden om onze auto nog eens goed te checken, in Aldi te gaan shoppen (maar ongeveer half zo duur als andere supermarkten hier) en vervolgens naar Phillip Island te rijden (maar dertig kilometer verder).

Phillip Island is wereldberoemd om z’n Penguin Parade. Dat moesten we dus ook zien, natuurlijk (ondanks de véél te hoge prijs :( ). De parade zelf was pas net na zonsondergang, dus maakten we eerst nog een mooie wandeling over een schiereilandje op het eiland. Dat stuk van het eiland is blijkbaar niet de moeite voor de tientallen toerbussen, dus kwamen we op heel onze tocht geen mens tegen. En dus hebben we voor het eerst echidna’s gezien! We waren allebei direct verkocht toen we die met hun neus in het zand zagen zoeken naar mieren :) Eigenlijk ziet ie eruit zoals een grote, dikke egel, maar met steviger stekels. Ook veel rare vogelnesten gezien; gewoon gaten in de grond. Op de terugweg liepen we door een soort woud, net naast de zee en dus met zand als ondergrond. Heel vreemd, maar er zaten dus ook coole dieren. Veel vogels en enkele wallaby’s.

Erna nog naar de chocoladefabriek op het eiland, waar we Belgische chocolade proefden (jummie! Ik ben niet zo’n chocoladefanaat maar na vijf maand smaakte ‘echte’ chocolade wel lekker :)). Dan een toertje rond het eiland gemaakt om uiteindelijk rond zeven uur aan te schuiven voor de pinguïns. Op ‘goeie’ zomerdagen komen er dagelijks meer dan vierduizend (!) toeristen kijken naar de parade. Gelukkig niet zo veel toen wij er waren. Er was een kleine rondleiding met uitleg over de Little Penguin (de enige die in Australië broedt en ook de kleinste ter wereld. Iets groter dan een doorsnee meeuw, dertig centimeter hoog, en ie weegt amper een kilogram.) Dan mochten we op de tribunes gaan zitten wachten tot het donker genoeg werd en de spots aan gingen. De pinguïns gaan overdag jagen in zee en keren ’s avonds terug naar hun nesten op het strand. Omdat ze nogal kwetsbaar zijn en gemakkelijke prooien vormen voor roofvogels, komen ze na zonsondergang en crossen ze het strand over. Welja, crossen… Het grappigste was dat die minibeestjes de zee uitkwamen, rondkeken in een troepje opeengepakt, dan besloten dat het toch te gevaarlijk was en terug in zee spurtten :) Er moest zich maar eentje bedenken, en de hele groep dook terug de zee in, om dan weer het ritueel van vooraf aan te proberen. Intussen stonden de jongen te kwelen aan de andere kant van het strand :) Jammer genoeg waren foto’s verboden, dus ook zonder flits mocht ik geen foto maken. Maar we hebben een foto van de foto’s die overal in het Penguin Centre omhoog hingen :) (auteursrechtelijk mag ik die denk ik helaas niet op de blog publiceren).

Van Phillip Island zijn we dan naar Melbourne gereden, waar we nu twee dagen zijn. Op een camping buiten de stad, want op verkeersvlak is Melbourne een ramp. We hebben gisteren ook onze route voor de komende week vastgelegd: we gaan een toer doen door de goudsteden ten noorden van Melbourne, terwijl we uitzoeken of we op een goedkope manier naar Tasmanië geraken.

Veel liefs

Tot later!

Tine – met de groetjes van Tim

2 opmerkingen:

  1. Dag Tine en Tim!
    Elke week kom ik hier eens een kijkje nemen en lees is met veel plezier jullie verhalen. Dank je wel om ons te laten meegenieten van al dat moois op de andere kant van de wereld!
    Groetjes,
    Katrien

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wow, zo tof! We hebben overal fans precies :)
    Hoe gaat het daar intussen?

    BeantwoordenVerwijderen