donderdag 24 juni 2010

Darwinicious

Het was goed heet in Broome, maar we waren er nog niet vanaf. Onze airco was er gelukkig gemaakt, al moesten we ons ook nog een nieuwe batterij aanschaffen. Maar afin, we konden weer voort. Vanuit Broome reden we naar Darwin, zo’n 1500 km. We konden niet de avontuurlijke 4WD-baan volgen, dus gingen we nogal snel over de gewone snelweg. Het landschap veranderde pas toen we bijna aan het einde van de Kimberley (zo heet die regio daar) waren: hoge bergen langs beide kanten van de snelweg, prachtige kleuren in het avondlicht. We kampeerden telkens op een rest area langs de baan, tussen wel minstens twintig miljoen caravans :) Een van die rest areas lag een beetje weg van de baan. Over een riviertje en dan tussen de bomen. Er stond een groot bord dat waarschuwde voor krokodillen. Maar ach, bij ons staan er toch ook altijd bordjes op de autostrade die waarschuwen voor overspringende herten? Ooit al een gezien? :) Maar hier was het dus ‘voor echt’. Wij hebben de krok niet gezien maar onze geburen wel. Het begin van Crocodile Country!

We reden over de grens met Northern Territory en gingen zwemmen in verschillende hot springs (bijzonder aangenaam!). We bezochten Litchfield National Park, waar het ook veel te warm was maar waar we ‘s ochtends wel een duik konden nemen in een krokodilvrije poel. Van waterval naar gorge en dan weer het park uit om het Territory Wildlife Park te bezoeken. Echt de moeite. Oog in oog met een van die gigantische ‘salties’ (zoutwaterkrokodillen die ook in zoet water leven). Hij zat in een aquarium en lag onbeweeglijk met zijn oogskes boven water terwijl wij enkele foto’s maakten en besloten dat een krokodil toch maar saai is, toen hij zich net eens ging keren. Het aquarium was een beetje hoger dan de grond, dus toen hij met zijn hoofd onder water was, stonden we ineens heel letterlijk oog in oog met die bijna vijf meter lange griezel. Toen heb ik maar besloten dat als DAT in de rivieren zit (en er zitten er veel!), dat ik er mij misschien toch niet meer in ga wagen… Brr!

En van daar naar Darwin, een aangename stad. Twee keer verwoest door een stevige orkaan en in de Tweede Wereldoorlog nog eens gebombardeerd door de Japanezen (op één dag was de stad helemaal in brokken). Veel hebben wij er niet van gemerkt. De State Library had wel van die ijzeren versterkingen achter de ramen, maar voor de rest is alles gewoon voor de zoveelste keer mooi heropgebouwd. Wij waren er op een donderdagavond, en dan is er net markt op Mindil Beach. Veel kraampjes met juwelen, kleren, zelfgemaakte dingen en eten (er was zelfs een kraampje met ‘You kill it, we grill it’, waar ze krokodil- en emoe- en kamelenvlees verkochten, zogezegd ‘roadkill’, maar dat betwijfel ik). Er was ook een artiest die alles kon met vuur. Gezellige avond!

Van Kakadu naar Uluru

Vanuit Darwin reden we naar Kakadu National Park, het bekendste Australische nationale park en tevens de setting van de alombekende Crocodile Dundee-film. Omdat we ineens 25 dollar per persoon moesten betalen, gewoon als toegangsprijs, hadden we er al wat minder zin in. Bovendien waren er nog heel veel wegen gesloten, waar de rivier nog over de baan liep, of waar er geen baan meer was na de allesmeesleurende stormen van het ‘Wet’. Maar we hebben er het beste van gemaakt (we hadden dan toch al betaald…) We bezochten Ubirr, een van de best bewaarde Aboriginal art-sites, en we wandelden door wetland, rainforest en ongeveer alles wat Kakadu op het moment te bieden had. We gingen ook gratis zwemmen in het zwembad van het resort dat midden in het park lag. Hihi :) Al bij al niet ons favoriete park, maar we zijn er dan toch eens geweest ;)

Na Kakadu kwam Uluru. We reden in enkele dagen naar Alice Springs, waar het ineens net niet vroor ‘s nachts. En waar we twee nieuwe voorbanden nodig hadden. Zucht. Maar we hebben dan ook wel al meer dan 28.000 kilometer afgelegd :) En dus deden we ook die vierhonderd kilometer naar Uluru/Ayers Rock zonder verpinken. Weer 25 dollar toegang per persoon, verdorie. We wandelden de zeven kilometer door Kata Tjuta en de tien kilometer rond Uluru in één dag en keken erna nog naar de zonsondergang die de bekendste steen van Australië felrood kleurde.

Van Uluru dan terug naar het noorden, naar de West MacDonnell Ranges (ten westen van Alice Springs). Toegegeven, dat was een van de mooiste zichten die we in een tijd gezien hadden. Beter dan Kakadu alleszins en stukken minder toeristisch dan Uluru. En we moesten geen toegang betalen, woehoew!
De Ranges waren ruig en wat de Australiërs ‘unspoilt’ noemen. We kampeerden er aan een gorge en werden gewekt door de huilende dingo’s die kwamen drinken aan het ‘waterhole’ dat tussen metershoge rotsbergen lag. Het zwarte water weerspiegelde die rood-groene bergen en je kon er uren slijten: zittend, wandelend, klauterend of zwemmend. We zagen er nog meer van die ‘gorges’ met water. Impressionant en heel erg de moeite, vonden we.

Naar Townsville

Intussen zijn we de Ranges uit en hebben we de verplichte 500 kilometer terug naar ‘boven’ afgelegd en zijn we aan Threeways de Barkly Highway gevolgd tot in Townsville. Onderweg hebben we onze eerste Belgen ontmoet, drie gasten uit Sint-Katelijne-Waver. We hebben al drie dagen samen gereisd. Veel gelachen, eten gedeeld, “wappelsap” gedronken en kampvuurkes gemaakt (‘t zijn ook drie scouten!). Intussen zijn we in Townsville, waar de zon schijnt en er, zoals overal al in Queensland, wegenwerken zijn. Morgen rijden we naar het zuiden, langs de kust.

Tot later!

5 opmerkingen:

  1. wow, wow, wow,
    wat een tocht zeg door al die natuur, niet te doen, man, man !!!!
    Ben al benieuwd naar de foto's van die prachtige krokodil zeg.
    Ik doe hier ter plekke al bijna in mijn broek, stel je voor !!!!
    Wij tellen hier ondertussen goed af naar de grote vakantie hé !!!

    liefs uit berlare,
    tante en co....

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hi Tine, ik heb nooit in de scouts gezeten dus wat is wappelsap? (heb wel een vermoeden)
    'k Had jullie blog een tijdje niet gelezen, maar nu ben ik weer bij, het klinkt daar nog steeds niets minder dan ongelooflijk fantastisch...ik wil ook!
    Dat ge nog heel veel mooie parken en schattige (of een beetje enge) beestjes moge tegenkomen!
    Sabine

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Hoi Bean!
    Wappelsap is niets meer dan plat water (wat ik, zoals je weet, niet zo heel graag lust :)) aangelengd met appelsap voor de smaak.
    Dan maar een nieuw woord voor gevonden!

    Hoe gaat het?

    groet!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Hoi Tante en co!

    De fotos zijn helaas een beetje veel werk geworden en we hebben altijd maar heel kort internet, net genoeg om snel spam te verwijderen en eens de reacties op de blog te lezen... Maar we zijn van plan een schoon fotoboek te maken zodra we terug zijn en de krokodil zal er zeker niet in ontbreken :)

    Tot een volgende!

    BeantwoordenVerwijderen
  5. ik wil dat fotoboek wel maken anders, met de nodige instructies ... ik word ondertussen toch al fotoboekmakersspecialist, hé "tante"? ;-)

    BeantwoordenVerwijderen